
Arthur Japin – Wat stilte wil het nieuwste boek van deze favoriete schrijver. Lees hier meer over.
Inhoud
Deze historische roman gaat over Anna Witsen (1855-1898): ‘De geschiedenis van een vrouw. Hoe zij haar stem zocht, gedwongen werd om stil te zijn, maar hem uiteindelijk liet klinken.’ Het verhaal speelt in de tijd van de palingoproer in de Jordaan, de opkomst van de vrouwenbeweging, de opening van het Concertgebouw en de stormachtige literaire entree van de Tachtigers.
Anna leeft voor de muziek en broer Willem steunt haar, maar haar vader en zus Cobi stellen alles in het werk om haar het zingen te beletten. Het past een meisje uit hun gegoede milieu niet om te zingen, en zeker niet om in het openbaar op te treden. Maar Anna met haar teugelloze fantasie en temperament wil vrij zijn, wil zingen.
‘Die stem van haar,’ sprak de vader bezorgd. ‘Het is een gekte, dat zingen. Zij heeft zich dat in haar hoofd gezet.’
Dat Anna zo beknot wordt in haar doen en laten, maakt haar verdrietig en somber.
Zij snikte haast. ‘Ach Willem, er zijn zoveel mensen die niet kúnnen leven. Maar wanneer je het wel kunt, zoals jij en ik, en dan toch niet leven mógen…’
Zoveel zij kan trekt zij op met haar broer Willem en diens kunstenaarsvrienden, onder wie Kloos, Van Eeden, Gorter, Verweij en Van Deyssel. Zij beschouwen Anna als gelijke, raken geïnspireerd door haar.
‘Brille,’ zei Willem, ‘dat is het juiste woord. Anna herinnert ons eraan dat het in het leven om iets schitterends draait, iets lichters.’ “
Als Anna met Willem een bezoekje brengt aan Artis, speelt zich daar een scene af die een confronterende parallel legt met het leven van Anna. Ze zien hoe een verzorger de ara’s komt voeren en zij raakt met de man in gesprek.
‘Zij moeten hier wel heel tevreden zijn,’ zei Anna.
‘Denkt u?’
‘Natuurlijk, anders vlogen zij wel weg!’
‘Vliegen, juffrouw?’ De man moest lachen. ‘Nee, daar is geen sprake van. Als die mormels konden vliegen waren zij allang vertrokken. Om dat te voorkomen worden ze gekortwiekt.’
‘Gekortwiekt?’
‘Hoe dacht u dat wij ze anders op hun plek konden houden?’ En omdat jongedames van zulk een wreedheid nog wel eens schrikken, voegde hij er geruststellend aan toe: ‘Het is een werkje van niks, hoor, heus. Je spreidt hun vleugels en met een stevige schaar knip je de slagpennen af, een centimeter of vijf is al genoeg. Daarna heb je er geen kind meer aan.’
Anna besluit weg te lopen uit het huis van haar vader, waar zij zich een gevangene voelt. Ze wil haar zangleraar Julius achterna reizen naar Frankfurt. Voordat ze de grens bereikt, wordt de trein waarin ze zit staande gehouden en wordt zij meegenomen en in een gesloten inrichting geplaatst, waar zij driekwartjaar zal blijven. Na haar ontslag, niet genezen maar uitbehandeld, belooft vader uit wroeging dat hij haar nooit meer in de weg zal staan. Anna vertrekt naar haar tante Thea in Parijs. Daar kan zij zich onderdompelen in het rijke culturele leven én vooral natuurlijk de muziek.
‘Op al dat moois,’ toostte tipsy Thea Taets.

Mening
Ik kijk altijd enorm uit naar een nieuw boek van Arthur Japin. Hij is in mijn ogen al jaren de beste Nederlandse schrijver. Ik heb al zijn romans gelezen en werd steeds opnieuw gegrepen door de manier waarop hij markante figuren uit de geschiedenis tot leven wekt en hoe hij historie en fictie verweeft. Af en toe krijg ik het gevoel dat het een beetje een formule is geworden, maar toch heeft elk verhaal zijn eigenheid en boeit elke roman van begin tot eind.
Japin heeft een krachtige, beeldende schrijfstijl. In dit boek dat een ode is aan kunstenaars, schrijvers, musici en dichters, schrijft Japin, haast als een dichter, in de stijl van de Tachtigers:
Lange uren nevelden tot weken in het neersiepelend licht van grauw-treurende dagen, terwijl schaduw van dikke druppels tegen het vast-glazend venster over de witte, lege muren van haar kamer droop.
De bijzondere vriendschap die ontstaat tussen Anna en Kloos levert betekenisvolle en melancholische gesprekken op.
‘De mensen…’ Anna dacht na. ‘Soms heb ik het idee dat ze tegen ons samenzweren.’
‘Dat doen zij ook,’ beaamde Kloos, ‘de kléine mensen. Omdat alles ze beangstigt wat naar vrijheid streeft.’
…
‘Misschien houden wij vol, Anna, omdat de pijn ons wakker houdt.’
…
‘Woorden zijn zoveel vager dan het leven,’ verzuchtte hij, keek op, keek haar recht aan. ‘U vroeg mij ooit hoe een mens de wil behoudt te leven. Nu vraag ik het u.’
Zij dacht na, nam het kopje op en dronk twee slokken. Zei toen: ‘U weet, er is nog in mij die stem.’
‘De ziel van uw ziel, ik weet het al te goed.’
‘Zij hebben haar niet stil gekregen.’
‘Goddank.’
Schrijver
Arthur Japin (1956) is één van de belangrijkste Nederlandse auteurs. Zijn boeken zijn wereldwijd vertaald en vele malen bekroond. Enkele van zijn romans zijn Een schitterend gebrek, De zwarte met het witte hart, De overgave, De gevleugelde en Mrs. Degas. Japin is niet alleen schrijver van romans, maar we komen hem ook tegen als presentator, acteur, liedschrijver, zanger en hij bewerkte enkele van zijn eigen boeken voor het theater.

Tot slot
Arthur Japin – Wat stilte wil
Uitgeverij De Arbeiderspers
Eerste druk 2022
330 pagina`s
Dit boek is verkrijgbaar bij de boekhandel en online bij Bookspot en Bol.com